Onderzoek

Een danser danst, een muzikant musiceert, een acteur acteert, een leraar leert aan. Hoe verschillend ook de woorden, de artiest of teaching artist handelt, ‘speelt’. Hij/zij/hen gebruikt hiervoor verschillende technieken, inspiraties, invalshoeken.

Wat ze wel gemeenzaam hebben zijn elementen zoals tijd, ruimte, context en ook lichaam. Hun eigen lichaam, en dat van de ander. Lichamelijk Artistiek Bewustzijn onderzocht tussen 2019 en 2024 of en zo ja hoe studenten aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (KCA) bewust zijn van hun lichaam. Als instrument, als inspiratie, als een van de drijfveren om te kunnen spelen, leren en creëren.

Elk mens heeft een lichaam. Hiermee bewegen leer je ‘al doende’ (Adoplh, 2008). Via speciale aandacht – je maakt je hier bewust van – en training, kun je dit bewegen omzetten in een specifieke vorm zoals bijvoorbeeld ballet. Ga je dansen, viool spelen, non-verbaal communiceren… voor de podiumkunstenaar (muziek, dans, drama) en de teaching artist is het lichaam een belangrijk instrument (Mauss, 1973).
Terecht wordt in artistieke opleidingen aandacht besteed aan de ontwikkeling ervan. Van het aanleren van motorische competenties over het focussen op een aangepaste houding om bijvoorbeeld blessures te vermijden.

Hoe verder in de training, hoe meer ook een ander element belicht wordt: de ‘artistieke présence’. Deze présence of uitstraling zorgt ervoor dat de (teaching) artist, naast de techniciteit van de uitvoering, op het podium of de klas de aandacht van het publiek/de lerende weet vast te houden, zijn stem weet te projecteren, zijn gevoelens weet uit te drukken, in dialoog treedt met bewuste aandacht voor de Ander.

Hoe ontwikkel je dit? Hoe kan de student hier aandacht aan besteden en er zich bewust van worden? Hoe verleg je de focus van aandacht naar bewustzijn? De relatie tussen (selectieve) aandacht en perceptueel bewustzijn is intiem: wanneer we aandacht besteden aan het lichaam, worden we ons bewust van de verschillende eigenschappen en mogelijkheden ervan (Tsuchiya & Koch, 2009).

Wanneer we die specifieke aandacht weghalen, blijft het bewustzijn voor het lichamelijke dan of valt dit weg? Kan een opleiding in de kunsten de student, via training en oefening, lichamelijk bewust maken? Kan het een vorm van ‘embodied’ consciousness worden dat de student kan inzetten om de artistieke en artistiek-educatieve praktijk te versterken?

Het onderzoek naar een lichamelijk bewustzijn wordt, op KCA gestimuleerd door onder andere het vak Lichamelijk Bewustzijn (LB), gegeven door Magda Thielemans sinds 1987.

De aandachtsontwikkeling door bewegingstraining groeide geleidelijk uit tot een door studenten en docenten genoemde kwalitatieve ‘manier’ door artistieke en pedagogische ervaring, observatie, aanvoelen en kennisverwerving.

Na meer dan 30 jaar lesgeven onderzochten Magda Thielemans en Jan Staes binnen CORPoREAL de kern van deze ‘manier’ van lesgeven. Het onderzoek bouwde voort op eerder gevoerd én simultaan gevoerd onderzoek binnen Schools of Arts/KCA rond lichamelijk bewustzijn en weerbare kunstenaars, waar de focus sterk lag op preventie van blessures. Doel van dit LB onderzoek was niet om te definiëren wat bewustzijn in de lessen was, hoe het zich verhield tot bv. de psychologische of filosofische benadering van het begrip of wat de verhouding lichaam en geest was. De tijd waar een cartesiaanse scheiding ervan vanuit epistemisch oogpunt een interessante vertrekpositie leek, ligt ver achter ons (Damiaso, 1994).

Het methodologische kader van dit onderzoek werd vormgegeven vanuit een Mixed Method Interventieonderzoek (Creswell & Clark, 2017).  We trachtten eerst na te gaan hoe en of studenten KCA LB in hun eigen praxis waardevol vonden en/of integreerden. In tweede fase werd praktijkgericht, via een vorm van een ‘human library’,  getracht de werkwijze die in de lessen LB werd gehanteerd te beschrijven, te analyseren, vast te leggen en deelbaar te maken. We focusten daarbij expliciet op de artistieke praxis, waarbij we bewust kozen voor diverse podiumkunstdisciplines gezien de eigenheid van Schools of Arts/KCA.

Opbouw en de begeleidingsvormen werden afgetoetst aan andere werkwijzen die binnen het kunstonderwijs in groep worden aangeleerd, in binnen-en buitenland (bv. Alexandertechniek, Feldenkreis, Laban…) en gelieerd aan desktop research. Praktijkonderzoek leidde via observatie en analyse naar structuren om de werkwijze van Lichamelijk Bewustzijn te kaderen. Het resultaat van dit onderzoek wordt op deze website weergegeven.

Het expressieve bewegingsrepertoire van een podiumkunstenaar is een scharnier- en kernelement binnen een creatief complex. Het gaat daarbij zeker ook over het uitbouwen van een duurzaam, uniek, veelzijdig, expressief, inspirerend, modulair en creatief potentieel. De vele adjectieven wijzen op de genereuze verbondenheid van het lichaam met verschillende aspecten van het kunstenaarschap (Vanmaele, 2021).

Het gevoerde onderzoek toonde aan dat vanuit de lessen LB die Magda Thielemans gaf, studenten specifiek benoemden dat het lichamelijke ook een artistiek bewuster omgaan binnen de eigen praktijk stimuleerde. De mogelijkheid om het lichaam als rijk instrument in te zetten, gaf impulsen aan improvisaties en uitvoeringspraktijk.

LB stimuleerde Lichamelijk Artistiek Bewustzijn (LAB). Welke de exacte relatie tussen het bewuste lichaam en de artistieke uitvoering is, was niet de focus van dit onderzoekstraject. Mogelijk ligt hierin boeiend vervolgonderzoek voor collega’s.

Hoe kunnen alumni van de hogeschool maar ook professionals in het algemeen zich levenslang en op quasi- zelfstandige wijze LAB ontwikkelen? Hoe kan een leergemeenschap gevormd worden en welke leerruimte leent zich daartoe? Hoe kan het lichaam als transdisciplinair object verschillende trappen van het onderwijs met elkaar verbinden? (Hoe) kunnen verschillende artistieke domeinen binnen LAB elkaar versterken? Kenmerkend aan de vragen die tijdens het onderzoek naar voor kwamen, is het deelbaar maken van ervaringen, het samen werken met collega’s en disciplines.  

Deze vorm van constructivistisch leren kenmerkt ook de evolutie die Lichamelijk Artsitiek Bewustzijn binnen KCA onderging en nog steeds ondergaat. Een team professionals, sommigen met een artistieke, andere met een eerder paramedische vorming, geeft op dit ogenblik het ‘vak’ op KCA.

Het samenbrengen van hun ideeën geeft een unieke aanpak. Deze website wil dit samenbrengen over instituten, opleidingen, scholen stimuleren. We nodigen iedereen uit om eigen materiaal te delen via de LAB-O’s.

Toen ze acht was, kreeg Magda Thielemans (Leuven, 1964) haar eerste danslessen aan het Conservatorium van Leuven. In 1984 behaalde ze met onderscheiding het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid aan het Hoger Instituut voor Dans (het huidige departement Educatieve opleiding leraar Dans van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (KCA, onderdeel van de Schools of Arts van de AP Hogeschool)) waar ze even later ook met grote onderscheiding afstudeerde als gegradueerde in de Hedendaagse Dans.

Vanaf 1987 ontwikkelde Magda de bewegingstraining voor acteurs, zangers en instrumentisten aan het KCA. Dankzij Lichamelijk Artistiek Bewustzijn Methode Thielemans (LAB MT) leren de studenten van het KCA hun lichaam kennen én gebruiken om zowel artistieke doelen te bereiken als een duurzame, gezonde carrière uit te bouwen. Daarnaast wordt het bewustzijn van de impact van het lichaam in de theatrale ruimte en op de medespelers aangescherpt.

Haar werkterrein bereidt zich vanaf 2000 uit naar de IOA (International Opera Academy, Ghent) en de MuCH (Koningin Elisabeth Muziekkapel, Waterloo) waar ze gedurende jaren workshops verzorgde. Magda geeft daarnaast regelmatig masterclasses en workshops in binnen- en buitenland.

In 2008 lanceerde Magda Thielemans samen met Anne Schütt (kinesitherapeut) en Nathalie Roussel (hoofddocent Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie, Universiteit Antwerpen) een onderzoeksprogramma naar letselpreventietraining bij professionele muzikanten. Vanaf dan staat fysieke preventietraining in het curriculum van elke muziekstudent aan KCA.

Als lid van de KCA onderzoeksgroep CORPoREAL, samen met Annouk Van Moorsel en Bart Michiels van het departement Toegepaste Psychologie van de AP Hogeschool, stond Thielemans aan de wieg van Weerbare Kunstenaar, een preventieprogramma voor de mentale weerbaarheid van de podiumkunstenaar. Vanaf 2022 is het mentale preventieprogramma opgenomen in het curriculum van elke Bachelor 1 student aan het KCA.

Magda Thielemans is lesgever, titularis en vakgroepvoorzitter van de bewegingsvakken binnen de opleidingen Drama en Muziek Klassiek van het KCA. Daarnaast is ze artistiek coördinator van de educatieve opleidingen Dans aan dezelfde school.

Ze geeft workshops en masterclasses in binnen- en buitenland en engageert zich om een lerend netwerk rond het instrument van de podiumkunstenaar uitte bouwen.

Lees meer

Jan Staes (1972) was tot 2023 teaching artist aan de Educatieve Master Muziek en Podiumkunsten Koninklijk Conservatorium Antwerpen en is als onderzoeker artistiek research verbonden aan CORPoREAL.

Sinds 2001 is hij actief als dramaturg bij diverse gezelschappen in Vlaanderen. Daarnaast was hij tien jaar coördinator van CANON, de Cultuurcel van het Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming en van 2008 tot 2015 intendant cultuur, jeugd en onderwijs voor Stad Antwerpen.

Hij is tevens coördinator van de Master Kunsteducatie aan Fontys Hogeschool voor de kunsten, Tilburg.

Lees meer

Referenties

  • Adolph, K. E. (2008) Learning to move. Current Directions in Psychological Science Volume: 17 issue: 3, page(s): 213-218
  • Creswell, J. W. & Plano Clark, V. L. (2017) Designing and conducting mixed methods research (3rd ed.). Sage.
  • Damasio, A. R. (1994). Descartes’ Error: Emotion, Reason, and the Human Brain. New York: Putnam.
  • Mauss, M. (1973). Techniques of the body. Economy and Society, 2(1), 70–88.
  • Tsuchiya, N. & Koch, C. (2009). The Relationship Between Consciousness and Attention. In The Neurology of Consciousness: Cognitive Neuroscience and Neuropathology, page: 63. San Diego, CA: Academic Press.
  • Vanmaele, J. (2021). Kritische reflecties over Lichamelijk Artistiek Bewustzijn. CORPoREAL.